zaterdag 24 maart 2012

JOOST VAN DER STEEN: DE TIJDSCHRIFTEN DIE JE IN DE WINKEL NOOIT TEGENKOMT


Categorie: interview
Onderwerp: Joost van der Steen over het tijdschriftenfestival Facing Pages
Datum gesprek: 7 maart 2012

Joost van der Steen (Vught 1982) studeerde van 2001 tot 2005 aan de afdeling Grafisch Ontwerpen van de kunstacademie in Arnhem. In 2005 begon hij met William van Giessen ontwerpbureau O.K. Parking. Van der Steen en Van Giessen namen in 2010 het initiatief voor het O.K. Festival, een festival voor de makers en liefhebbers van onafhankelijke tijdschriften. Het eerste festival trok bezoekers en deelnemers uit de hele wereld. Dit voorjaar vindt het voor de tweede maal plaats onder de naam Facing Pages op 20, 21 en 22 april in het voormalige MEE-gebouw aan de Trans nummer 6 in Arnhem.

Je bent, behalve een van de initiatiefnemers van het tijdschriftenfestival Facing Pages, mede-eigenaar van het ontwerpbureau O.K. Parking. Kun je uitleggen wie je opdrachtgevers zijn en wat je voor ze doet?
Onze opdrachtgevers komen voor een deel uit de culturele sector. We werken onder meer voor Museum Boymans Van Beuningen in Rotterdam, Premsela en Artez. Voor die opdrachtgevers doen we zeer uiteenlopende dingen. We maken boeken, jaarverslagen, applicaties, websites, maar ontwerpen ook de inrichting van tentoonstellingen. Voor een
ander deel zijn onze opdrachtgevers grote bedrijven en organisaties als AKZO, Syntens en Health Valley Event. Voor die opdrachtgevers maken we tijdens congressen, bedrijfsdagen en andere evenementen zogenaamde live magazines, dat wil zeggen dat we ter plekke een tijdschrift maken waarin het verloop van het evenement wordt vastgelegd. Het tijdschrift wordt op de dag van het evenement gedrukt en aan de bezoekers uitgedeeld.

Is het vak ontwerper in jouw ogen de laatste jaren sterk veranderd?
Ja en nee. In zoverre ik dat kan overzien is het beroep ontwerper de afgelopen tien jaar niet wezenlijk veranderd. Een ontwerper is iemand die met behulp van beeld, tekst en vormgeving een bepaald probleem probeert op te lossen. Een opdrachtgever komt bij je met een vraag. Je analyseert als ontwerper in eerste instantie waar die vraag vandaan komt en of, wat de klant van jouw wil als ontwerper, wel de juiste oplossing is. Als dat niet het geval is, probeer je met je opdrachtgever de vraag te herformuleren en vervolgens ga je op zoek naar de juiste middelen om de oplossing van die vraag een vorm te geven. De verscheidenheid aan middelen is de afgelopen jaren wel sterk veranderd. Toen ik afstudeerde in 2005 was You Tube nog maar net opgericht en de Nederlandse versie van Facebook zou pas drie jaar later verschijnen. De middelen om een oplossing een vorm te geven zijn dus wel uitgebreid, maar Facebook is zeker niet de oplossing voor ieder probleem.

Opmerkelijk genoeg richt je je niet alleen op nieuwe media, maar ook op het oude en vertrouwde tijdschrift. Wat trekt je daarin aan?
Voor de duidelijkheid is het goed om dingen te scheiden. We maken als ontwerpbureau tijdschriften voor sommige van onze opdrachtgevers. Maar los daarvan hebben William van Giessen en ik belangstelling voor zogenaamde onafhankelijke tijdschriften, tijdschriften die worden gemaakt door een enkel iemand of een samenwerkingsverband, zonder opdrachtgever. Zulke tijdschriften hebben we in het verleden zelf ook gemaakt en als ontwerpbureau zijn we als nevenactiviteit ons eigen, onafhankelijke tijdschrift begonnen dat O.K. Periodicals heet. Wat me in het maken van onafhankelijke tijdschriften aanspreekt is de vrijheid die het biedt. Je hebt geen groot startkapitaal nodig. Een computer volstaat en dankzij de nieuwe media kun je je tijdschrift zeer gericht over de hele wereld verspreiden. Je moet alleen zien dat je het geld voor het drukken, terugverdient door middel van verkoop en abonnementen, zodat je weer een volgende editie kunt maken.

Kun je wat meer vertellen over het ontstaan van jullie tijdschrift O.K. Periodicals?
Ergens in 2007 hadden ik en William het erover dat we graag een opdracht voor het maken van een tijdschrift zouden willen binnenhalen. We hadden daar goede ideeën voor, maar de juiste opdrachtgever kwam niet op de proppen. Een jaar eerder, in 2006, waren we een blog begonnen waar iedereen die op een of andere manier bezig was met het maken van dingen zijn materiaal op kwijt kon. We hadden een groep van rond de honderd mensen uit de hele wereld die bijdragen leverden op het gebied van kunst, vormgeving, architectuur, mode en muziek. Met die groep mensen wilden we iets doen en we besloten onder de naam O.K. Periodicals een eigen tijdschrift op te richten. Het eerste nummer bestond voornamelijk uit beeld. Gaandeweg zijn we tekst gaan opnemen om uit te leggen wat er aan beeldmateriaal te zien is en ook om de makers van dat materiaal uit te lichten voor de lezers. De aanpak is thematisch, dat wil zeggen dat we ons netwerk aanspreken of ze over een bepaald thema interessante bijdragen in welke vorm dan ook willen inleveren. We hebben onder meer een nummer gemaakt met als thema verveling. In het meest recente nummer van O.K. Periodicals is het thema thriller en  in een deel van het tijdschrift is dat verder toegespitst op het album Thriller van Michael Jackson

Wat is de relatie tussen jullie eigen tijdschrift, dat jullie in 2007 zijn begonnen, en het eerste tijdschriftenfestival dat jullie organiseerden in 2010?
Doordat we zelf een onafhankelijk tijdschrift maakten en dat begonnen te verspreiden via internet kwamen we terecht in de wereld van de onafhankelijke tijdschriftenmakers. Die wereld kenden we niet, maar hij bleek zeer interessant en vertakt. Het is een groep mensen die over de hele wereld verspreid is en tijdschriften maakt over de meest uiteenlopende onderwerpen. Dat bracht ons na een tijd op de gedachte dat het interessant zou zijn om al die mensen met hun werk bij elkaar te brengen. Zo kwam het tot het eerste festival in 2010 in de Witte Villa in Arnhem.

Kun je vertellen hoe het programma van het komende festival op vrijdag 20, zaterdag 21 en zondag 22 april eruit ziet?
We hebben in het MEE-gebouw aan de Trans een hoofdexpo van meer dan 200 tijdschriften. We hebben 25 tijdschriften gevraagd om ons vijf tijdschriften aan te bevelen voor de expositie en ieder van die vijf hebben we gevraagd om op hun beurt drie tijdschriften aan te bevelen. Verder hebben we Charlotte Cheetham gevraagd om als curator op te treden voor nog een tweede expositie, ook in het MEE-gebouw. Charlotte Cheetham werkt in Parijs. Ze publiceert over grafisch ontwerpen, treedt op als curator en houdt een blog bij onder de titel Manystuff. In haar tentoonstelling zal ze ingaan op de inhoud van de artikelen in tijdschriften. We hebben op zaterdag en zondag een mooi programma van lezingen door onder andere Simon Esterson, de art director van het Britse Eye Magazine, en Jaap Biemans, art director van Volkskrant Magazine en maker van het blog Coverjunkie. In het MEE-gebouw richten we een bar in waar je kunt eten, drinken en zitten, want we denken dat veel mensen onder andere naar Arnhem komen om met elkaar te praten. Feest is er ook. Op vrijdagavond organiseren we een zogenaamde Bonte Avond – een gebeurtenis die we ten behoeve van Engelstalige bezoekers hebben vertaald als Furry Evening - en zaterdag is er in het MEE-gebouw een daverend feest.

Het lijkt een ideale constructie: een ontwerpbureau dat culturele manifestaties organiseert, maar is dat ook zo?
Om te beginnen is er geen constructie. Als ontwerpbureau zouden we geen subsidie krijgen van de gemeente Arnhem en het Mondriaan Fonds. We hebben daarvoor een aparte stichting in het leven moeten roepen. Het is ook niet in alle opzichten ideaal om als ontwerpbureau een festival te organiseren. Het levert heel veel energie, inspiratie en contacten op, hoewel die contacten nu ook weer niet onmiddellijk betaalde opdrachten opleveren. Na het vorige festival in 2010 zijn we een beetje het schip ingegaan. Met de voorbereiding van het festival in 2010 waren we zo druk dat het binnenhalen van nieuwe opdrachten erbij inschoot. Na afloop van het eerste festival, in de zomer van 2010, zaten we als ontwerpbureau even met de handen in het haar. Dat is wel weer goed gekomen, maar je moet blijven oppassen dat de organisatie van het festival niet ten koste gaat van je functioneren als ontwerpbureau.