Categorie:
interview
Onderwerp:
Bas Kools over de verbreding van het vak ontwerpen.
Data
mailverkeer: 25 januari tot en met 7 februari 2012
Bas
Kools (Sprang-Capelle 1981) studeerde van 2011 tot 2005 aan de
afdeling 3D Design van Artez in Arnhem en van 2005 tot 2007 aan de
afdeling Product Design van de Royal College in Londen. Hij woont op
dit moment in Berlijn.
Wat
heb je na je studies allemaal gedaan?
Ik
heb vooral geprobeerd om op grond van mijn bezigheden en mijn
belangstelling te formuleren wie ik als vormgever ben, wat ik te
bieden heb en hoe ik dat het beste tot zijn recht kan laten komen.
Mijn bezigheden en mijn belangstelling zijn nogal breed. Ik heb me al
tijdens mijn studie beziggehouden met keramiek, experimenten met
andere materialen en met illustratie. Op grond daarvan werd ik in
Londen door Muf Architecture Art, een architectenbureau, gevraagd om
workshops te bedenken. In Londen heb ik onder meer lesgegeven aan
jongeren uit
de buitenwijken. Mijn belangstelling gaat ook uit naar de openbare ruimte en naar de samenhang tussen vormgeving, architectuur, stedenbouw en sociale processen. Na mijn verblijf in Londen heb ik weer een tijdje in Nederland gewoond. In Nederland raakte ik betrokken bij projecten die de interactie tussen de openbare ruimte, de gebruikers en de regelgeving als onderwerp hadden. In het kader daarvan heb ik workshops gegeven over onderzoek in de openbare ruimte in Londen, Ljubljana en Moskou. Ik heb mezelf in ieder geval beloofd alleen dingen te doen die ik leuk vind en daar ben ik tot vandaag de dag aardig in geslaagd.
de buitenwijken. Mijn belangstelling gaat ook uit naar de openbare ruimte en naar de samenhang tussen vormgeving, architectuur, stedenbouw en sociale processen. Na mijn verblijf in Londen heb ik weer een tijdje in Nederland gewoond. In Nederland raakte ik betrokken bij projecten die de interactie tussen de openbare ruimte, de gebruikers en de regelgeving als onderwerp hadden. In het kader daarvan heb ik workshops gegeven over onderzoek in de openbare ruimte in Londen, Ljubljana en Moskou. Ik heb mezelf in ieder geval beloofd alleen dingen te doen die ik leuk vind en daar ben ik tot vandaag de dag aardig in geslaagd.
Werk
je met anderen of alleen?
Ik
werk bij voorkeur samen. Per project gaat het om wisselende groepen
mensen. Op dit moment werk ik samen met HomeBase Project, een
initiatief uit de Verenigde Staten dat zich vorig jaar in Berlijn
heeft gevestigd. HomeBase heeft een programma voor artists in
residence en wil kunst verbinden met sociale vernieuwing. Met Marja
Reiniers en Bouke van Gestel werk ik samen in het kader van een
educatief project voor scholen in Breda. Met Marja en Bouke werk ik
ook aan het ontwikkelen van een leergame voor NBIC, het Netherlands
Bioinformatic Centre. Met Lobke Meekes heb ik educatieve projecten
ontwikkeld die we aanbieden aan basisscholen en het afgelopen jaar
heb ik in Berlijn samengewerkt met Gunter Wehmeyer en Judith van den
Boom. Met z'n drieën werkten
we aan een project over de rol van de ontwerper waarbij ook de
Hogeschool voor de Kunsten Utrecht was betrokken.
Hoe
kwam je in Berlijn terecht?
Ik
ben hier verzeild geraakt samen met Judith en Gunter. We begonnen een
experiment dat we Local
Intelligence
noemden. Nu woon ik in Pankow, een buurt in het noorden van Berlijn.
Pankow was vroeger een deel van de communistische D.D.R. Van oudsher
zijn er ambassades gevestigd van Westerse landen. Ik woon in een oude
brouwerij die in beheer is van het HomeBase Project. Wonen in de
brouwerij is niet vrijblijvend. Het uitgangspunt van het HomeBase
Project is dat je home,
je huis en je omgeving, ook een plek is voor reflectie en onderzoek
naar mogelijke vormen van samenleven. Soms is dat wel eens intens. De
hele buurt komt hier over de vloer, maar dat is aan de andere kant
ook leerzaam en gezellig.
Als
ik het goed begrijp, hou je je niet meer in de eerste plaats bezig
met het ontwerpen van producten. Vond je dat te beperkt?
Ik
vind het maken van producten of objecten nog steeds relevant. Ik kan
zelf ook niet zonder. Maar wat me bij producten altijd al
interesseerde is niet alleen het ding op zich. Het gaat mij er ook om
waarom iets is ontworpen, hoe het is gemaakt en wat het teweeg
brengt. Hoe sluit iets aan op de maatschappij van nu en op wat voor
manier is het van invloed op de wijze waarop mensen met elkaar omgaan
en hun leven inrichten? Dat is voor mij al tijdens mijn studie van
belang geweest.
Maar
hoe zou je je specialisme of je beroep zoals het zich nu heeft
ontwikkeld willen omschrijven, noem je jezelf nog steeds ontwerper?
Ja,
maar soms doe ik dat bij gebrek aan een betere term. Het is lastig om
mezelf of mijn bezigheden een label te geven. Ik ben werkzaam als
onderzoeker, ontwerper, en ontwikkelaar van verschillende diensten.
Die diensten moeten kinderen bijvoorbeeld prikkelen en helpen om hun
eigen buurt te verkennen of ze door middel van augmented
reality
en bioinformatica helpen om te begrijpen wat voedsel doet. Een andere
tak van mijn werkzaamheden gaat over het inzetten van lokale kennis
en informatie voor de innovatie van een bepaald gebied of een
bepaalde gemeenschap. Het zijn allemaal projecten waar uiteindelijk
iets met een fysieke vorm uit voortkomt, maar waar die vorm in dienst
staat van kennisoverdracht en de interactie tussen mensen. Binnen de
bestaande mogelijkheden moet je tot nieuwe inzichten en
ontwikkelingen zien te komen. De grote uitdaging daarbij is het
bedenken van vormen en systemen die rekening houden en gebruik maken
van de enorme complexiteit van de huidige samenleving.
Als
het om kennisoverdracht, sociale processen en innovatie gaat, wat heb
jij als student van een kunstacademie en als productontwikkelaar dan
voor op anderen?
Wat
mij een andere kijk en houding geeft, is aangescherpt en ontwikkeld
door het studeren aan een kunstacademie. Je leert denken in abstracte
termen van strategie, maar ook in termen van praktische oplossingen,
afgestemd op plaats, tijd en behoefte. Je leert op de academie en als
zelfstandig ontwerper om uit te gaan van jezelf en tot resultaten te
komen vanuit jezelf. Wat ik verder heb bij te dragen is mijn eigen
inzicht dat er geen vaststaande dingen bestaan. Die zijn altijd in
beweging als gevolg van hun relatie tot andere dingen en het handelen
van mensen. Mensen en dingen werken voortdurend op elkaar in.
Daardoor verandert je omgeving en het sociale gebruik van die
omgeving. De diensten, spellen, of onderzoeken die ik ontwerp
ontstaan van uit deze gedachte. Mijn werk moet mensen leren om van
veranderingen gebruik te maken.
Wat
zijn de problemen waar jij als ontwerper de komende jaren een
oplossing voor kunt aandragen?
De
grote vraag is simpel: hoe kun je beter samenleven? Ik denk dat ik
daar als eenling niet zomaar een kant en klare oplossing voor kan
aandragen. Individuele oplossingen zijn niet meer van deze tijd. Je
moet juist met andere samenwerkingsverbanden aangaan om echte
problemen op te lossen. Mijn
bijdrage als ontwerper bestaat uit het bedenken van gereedschappen en
processen die mensen in staat stellen om hun wensen en ambities te
realiseren. Daarvoor moet een ontwerper ook daadwerkelijk
participeren. Mensen, kennis en ervaringen verbinden is voor mij ook
een belangrijk onderwerp. Er wordt nog wel eens gedacht dat
maatschappelijke innovatie in de eerste plaats afhankelijk is van
nieuwe ideeën. Minstens zo belangrijk en misschien nog wel
belangrijker is in mijn ogen het maken van de juiste verbindingen
tussen de kwaliteiten van mensen, technieken en materialen. Innovatie
kan met andere woorden van mensen zelf en, organisatorisch gezien,
van binnenuit plaatsvinden.
Wat
ga je de komende tijd doen?
Ik
heb veel plannen, maar nooit genoeg dagen in de week om ze allemaal
uit te kunnen voeren. In februari ga ik aan de slag met iets nieuws:
een experiment dat Lokaal
Innovatie Kantoor
heet. Dat kantoor moet lokale kennis in dienst stellen van mensen die
hier in Pankow iets willen verbeteren of veranderen. Het is een soort
laboratorium om te experimenteren met het maken van verbindigen
tussen mens, economie en samenleving. Daarnaast werk ik verder aan
een nieuwe dienst voor HomeBase Project. Daar verheug ik me echt op.
HomeBase betekent wonen en werken in Berlijn met een super toffe
groep internationale kunstenaars. Los van dat alles heb ik hier net
een tweede verdieping gebouwd van oude dakbalken, zodat ik daaronder
mijn studio en kantoor kan onderbrengen en mensen uit de buurt kan
ontvangen. Als ik in Berlijn genoeg ben opgeschoten ga ik half Maart
naar Twello in Nederland. In Twello wil ik ook een Lokaal Innovatie
Kantoor opzetten. (Als je dit interview leest en woongelegenheid op
fietsafstand van Twello hebt, neem dan via mijn website contact met
me op!) Wat er na maart allemaal gebeurt weet ik nog niet precies.
Natuurlijk hangen er altijd wat nieuwe projecten in de lucht, sommige
in opdracht, sommige in samenwerking en andere weer gewoon omdat ik
ze nodig vind.
Meer:
http://www.baskools.com
http://www.homebaseproject.org