zaterdag 26 juli 2014

MARIE JULIA BOLLANSÉE: HANDELINGEN ALS RITUEEL OF EEN CHOREOGRAFIE VAN HANDELINGEN

Categorie: beschouwing
Onderwerp: de performance Wind en het werk van beeldend kunstenares Marie Julia Bollansée
Auteur: Marlies Levels


Deze tekst zoomt in op de performance Wind van Marie Julia Bollansée (België 1960). Een uitvoering daarvan vond plaats op 18 mei 2014 in de tuin van het Museum Arnhem. De performance was een deel van het programma van de tentoonstelling Threads die tot 17 augustus 2014 in Museum Arnhem is te zien. [1]
 Wind (van het Engelse werkwoord 'wikkelen') is een ‘blauwe performance’ en we zullen zien dat kleur een betekenisvolle urgentie in het oeuvre van Marie Julia Bollansée heeft. In een klein omsloten deel van de museumtuin met in het midden een grote boom, zichtbaar vanuit de Rijnzaal waar het publiek zich bevindt, verschijnt opeens van rechts een blauwe vrouwelijke gedaante. Het is de kunstenares zelf met in de linkerhand een grote bol blauwe wol. Het blauw (een mengsel van lapis lazuli en ceruleum) heeft een onaards, onecht en betoverend effect door het contrast met de natuurlijke kleuren eromheen.
 De figuur begint het grasveld te omcirkelen van buiten naar binnen in steeds kleinere rondgangen. Ondertussen wikkelt ze de draad af en strooit ze die uit als in een zaaibeweging. In het gras ontstaat een eenvoudig labyrint. De rondgangen eindigen met een aantal korte cirkels om de boomstam die enkele malen wordt omwikkeld tot de draad op is. Vervolgens neemt de kunstenares plaats op een blauwe steen aan de voet van de boom, rug naar de stam, gezicht gericht op de Rijnzaal en het publiek. Ze transformeert het kleed waarin ze is gehuld. De lange, slipachtige uiteinden die om de schouders naar voren werden vastgehouden met een brede riem, worden losgemaakt en met een grote zwaai van de schouders geworpen. De aldus verlengde rok die nu zowel de voeten als de als sokkel fungerende steen bedekt, wordt verder uitgeplooid rondom de lichaamsas over de wortels van de boom. Dan staat Marie Julia Bollansée met de armen langs het lichaam ongeveer een half uur stil, in een bevroren houding, gelijk een sculptuur. Contouren van figuur en boomstam versmelten, waardoor de figuur aan monumentale allure wint.

Tijd

Tijdens het hier beschreven stilstaan en wachten wordt het ervaren van tijd voor de toeschouwer, die gewend is aan snelle actie en verandering, wat ongemakkelijk. Gedurende de hele live-performance is in de Rijnzaal een video te zien van de moeder van Marie Julia terwijl ze het door haar dochter gedragen performancekleed breit. De continue breiende moeder, de gestage groei van het breisel maar vooral de tikkende breinaalden versterken het gevoel van traag verlopende tijd.[2] Het moge duidelijk zijn dat het niet de tijd van de klok is die wordt gevisualiseerd, maar die van de duur, de ervaringstijd. De tijd die we onbewust waarnemen in groei, herhaling en trage verandering of tijdens handelingen waarin we opgaan, of dat nu spinnen, breien, lopen of iets anders is. Duur kan als statisch worden gevoeld maar ook als groeibeweging door de optelsom van verleden, heden en toekomst of het verhaal. Het heden presenteert zich in de ruimte, dingen, mensen en dieren of in concepten daarvan, het verleden bestaat in de dingen en hun verhalen. Wind is echter geen performance die specifiek over tijd als duur gaat, al is het thema daar wel nauw mee verbonden.


Bloedband

Een aan Wind nauw verwant werk en onderdeel van de tentoonstelling Threads is de videoclip van de performance Red String. De performance werd vorig jaar uitgevoerd in het Theatre de Verdure op de citadel van Namen. In beiden zien we het afrollen van een bol wol en het uitstrooien van de draad in een bepaald tracé. Maar een essentieel verschil ligt in de kleur, die in dit geval, de titel zegt het al, rood is. Kleur heeft voor Marie Julia Bollansée een spirituele werking. Elke kleur heeft een ziel. In haar werk zien we een beperkt aantal kleuren terugkomen. Naast rood en blauw is er wit en zwart, zilver en goud. Ze kent elk van deze kleuren een specifieke betekenis toe. Rood staat voor het begin van een nieuwe fase en blauw wordt verbonden met reflectie.[3]  In antwoord op de vragen die ik haar per mail stelde, geeft Marie Julia Bollansée aan dat Wind nauw aansluit bij een installatie getiteld Chemistry bestaande uit onder meer een foto, een gedicht en wollen gebreide kleding uit 2002.[4]  Op de bij de installatie horende foto zit Marie Julia’s moeder aan de oever van een beek. Zijzelf staat midden in het water, terwijl haar dochtertje Anaïs naakt een sprong maakt richting beek. Deze setting is zeer nabij de boerderij waar de familie vier generaties lang heeft gewoond. Het werk, dat is ontstaan vlak nadat de boerderij werd verkocht, lijkt op een afscheid. Maar het bij de foto behorende gedicht van Marie Julia Bollansée relativeert dit verlies en herinnert aan een universeler thema dat continuïteit waarborgt via de DNA-keten van familiegeneraties:

We shall be gone
long ago
when the water
changes its way
when the house
tumbles down
but her chemistry
is yours
 through my veins
M.J.B.

De titel en het gedicht verwijzen naar die chemische relatie of intense nabijheid en saamhorigheid, de verbinding van moeder, dochter en kleindochter ook wel bloedband genoemd.[5]

Levensweg

In Wind pakt Marie Julia Bollansée het thema van de levensdraad en bloedbanden tussen de verschillende generaties vrouwen, de intimiteit of intense binding ofwel chemie door ‘bloed’ opnieuw op. Het blauw staat hier voor de kleur van de aderen. In Wind worden de bloedbanden verbeeld door middel van de blauwe draad evenals de labyrintische, aan toeval onderhevige wandeling die naar de levensweg verwijst, en die met draad wordt ‘getekend’ in het gras. Hier wordt in archaïsche metaforen ‘gesproken’. Ook de boom die centraal staat in de performancesetting, draagt bij tot het thema van de levensweg.
 Aderen, labyrint en levensweg de vertakking in de kruin van de boom, het breien, dwalen in cirkels... Al deze handelingen, dingen en begrippen vormen een poëtisch conglomeraat. Het afwikkelen van de draad verwijst vanouds naar de levensweg, maar ook naar bindingen, naar een begin en einde. Zo beschouwd, gaat Wind ook over binding aan een plek zoals een boom zich wortelt in de aarde. Het omwikkelen met draad van de boom, het bedekken van zijn wortels met de zoom van de rok wijst op zorgzaamheid en liefde voor een levend wezen. De boom is vanouds een symbool van leven. In de Edda, een verzameling mythologische teksten uit het middeleeuwse IJsland, heet de levensboom Yggdrasil. Aan zijn voeten vloeit een bron en tussen zijn wortels bevinden zich drie Nomen: Duisternis of Gevaar, Levensenergie en Wijsheid. Deze Nomen spinnen de levensdraad of knippen hem door. De wortels verbinden het leven met de aarde, de stam verbindt de aarde met de hemel.

Existentiële problematiek

Het is geen geheim dat Marie Julia Bollansée geïnspireerd wordt door de Edda en het wereldbeeld dat daarin wordt vertegenwoordigd. Marie Julia’s werk - zij begint in 1999 met performances die op video worden vastgelegd - is in de literatuur geschetst als een zoektocht naar de menselijke kern en sterk verbonden met persoonlijke ervaringen. Zo hebben een aantal werken van Marie Julia Bollansée van kort vóór 2002 hun oorsprong expliciet in het verwerken van verlies en rouw.[6]
 Ook de sterke verwevenheid van haar werk met de geboorteplek en omstandigheden past binnen de existentiële thematiek. Van jongs af aan is Marie Julia Bollansée, die op een boerenbedrijf in Vlaanderen opgroeide, vertrouwd met het zelf spinnen van wol en breien, hetgeen terug komt in haar werk. In een performance in de winkel van Walter van Beirendonck in 2003 zit de geheel met Pruisisch blauw pigment ingesmeerde kunstenares op een krukje urenlang verwoed te breien zonder op of om te kijken. Zowel spinnen als breien zijn handelingen die tot een zeker automatisme, rust en trance kunnen leiden en dus op deze wijze verbonden zijn met de psyche. Het zijn bovendien mechanismen die als rituele handelingen kunnen worden gezien. Het ritueel werd in de loop van de twintigste eeuw gedefinieerd als een poging pijnlijke traumatische ervaringen te bezweren of te kalmeren door herbeleving of een opgevoerd ceremonieel.[7] Marie Julia Bollansée’s performances, foto’s en installaties kunnen als privé rituelen worden gezien waarin ze ervaringen uit haar leven sublimeert door ze in een esthetische spelvorm om te zetten en te communiceren binnen de zogenaamde ‘vrije zone’ van de hedendaagse kunst.

Rituele kenmerken

Typerend voor rituele praktijken is de maskering van individualiteit. Marie Julia Bollansée's gewone verschijning wordt in de performances getransformeerd en gedepersonaliseerd door de beschildering van het lichaam, naaktheid en specifieke kleding. Partiële naaktheid is essentieel in Marie Julia’s performances. Marie Julia draagt meestal een kleed waarbij de borsten bloot blijven: een topless ‘pij’ van blauwe wol die losstaat van eigentijdse kleding en dus abstraheert van het heden. Het naakte lichaam is per definitie ontdaan van tijdskenmerken en draagt bij tot de universalisering van de menselijke verschijning. Het toont hier vrouwelijkheid. Naakt vertegenwoordigt zowel kwetsbaarheid als dapperheid, kan provoceren en taboes doorbreken. Kleding, gedeeltelijke naaktheid en bodypaint verhevigen de depersonalisatie en abstractie van haar eigen lijfelijke aanwezigheid in het werk. In zeer variabele en verrassende varianten worden kleurfiguren op armen of tors, ogen of een deel van het gezicht aangebracht, en zo ontstaat een vervreemdende en schitterende postprimitieve make-up. In Red String en Wind is de gehele huid met kleurpigment bedekt. Marie Julia’s inspiratiebronnen of belevingen van kleur lopen historisch uiteen van de Keltische koningin Boadicea, die blauw gekleed ten strijde trok tegen de Romeinen, en de grote krijger koning Caractacus, die het lichaam met wede blauw verfde voor de strijd, tot de monochrome werken van Yves Klein.[8]
 Het belang van de rituele depersonalisering spreekt ook uit de naam van de kunstenares. In feite nam Marie Julia met de geboorte van haar dochter Anaïs een nieuwe naam aan, een kunstenaarsnaam, en bracht zo onderscheid aan tussen privé leven en kunstenaarsleven.
 Een ander ritueel kenmerk betreft disfunctionaliteit en onalledaagsheid van handelingen en attributen die daardoor aan raadselachtigheid wint. Dit enigmatische wordt nog verhoogd door een zekere traagheid en nadrukkelijkheid van de uitgevoerde bewegingen die zich ontrollen door een geplande maar losse choreografie. Het afwikkelen van de bol wol, het uitzaaien van draad, de wirwar van draden in het gras dat een patroon vormt van een hoekige spiraalvorm of labyrint, en de ceremoniële wandeling zijn handelingen en tekens die verwijzen naar een onzeker en door toeval bepaald traject. We zien een rituele voorstelling van de levensweg.[9] Ten slotte leveren afwisseling van beweging door stilstaan of poses evenals de alomtegenwoordige stilte tijdens de performance hun bijdrage tot het rituele karakter.

Beeldhouwkunst

Behalve dat Wind inhoudelijk naar rituele sublimatie van persoonlijke ervaringen verwijst, kun je het werk tevens associëren met beeldhouwkunst of met de in beweging gestolde beelden uit de schilderkunst. Want de performance is behalve een bewegende sculptuur in de ruimte ook ‘stom’ en ‘stil’ als de schilder- of beeldhouwkunst. Marie Julia wordt in de performance een levende sculptuur in de werkelijke ruimte die we waarnemen. Je zou de performance kunnen zien als een sequentie van sculpturen die zich ontrollen in de tijd.
 Gezien haar opleiding tot beeldhouwer is het niet vreemd dat Marie Julia Bollansée’s werk sculpturale connotaties heeft. In de literatuur worden zowel Minne als Rodin als referenties genoemd. Maar het is een amalgaam van associaties van modern tot klassiek dat zich in haar werk manifesteert. Behalve de hierboven genoemden refereert haar werk inhoudelijk aan Kathe Kollwitz, maar ook zie ik echo’s van de gebarentaal van Egon Schiele voor wiens werk zij bewondering heeft. De ingetogen bewegingen herinneren soms ook aan de vroeg twintigste-eeuwse Ausdruckstanz. Dan weer zijn er flashbacks naar Cranach, Botticelli, of de Prerafaëlieten. De performance markeert vooral een bepaald Noord-Europees kunsthistorisch ‘hinterland’ met als meest recente invloed de materialiteit van Ives Klein, het gebruik van readymade-materialen en een souplesse in de omgang met het toeval. Naast Klein wordt ook Marina Abramovic inspirerend genoemd.[10]

Historische Romantiek

 De in het werk van Marie Julia Bollansée steeds terugkerende zoektocht naar verbinding van eigen leven met een grote samenhangende orde (de natuur) is voor alles een uitgangspunt dat zijn oorsprong vindt in de historische Romantiek. Marie Julia Bollansée’s voorkeur voor kunstenaars uit Expressionisme en Symbolisme, stromingen die beschouwd kunnen worden als de uitlopers van de historische Romantiek, sluit eveneens daarop aan. Zo kunnen ook haar voorkeuren voor de Europese mythologieën, het benadrukken van de gevoelswaarde van kleur, het cultiveren van het lokale en de verbondenheid met de plek waar ze leeft naar een romantische gevoeligheid verwijzen. Dat neemt niet weg dat de toegepaste expressiemiddelen onverbloemd hedendaags zijn en haar thema’s organisch uit het eigen levensverhaal ontspruiten.






[1] Wind werd uitgevoerd in een klein deel van de tuin van Museum Arnhem. In de tentoonstelling staan sociaal-maatschappelijke en symbolische betekenissen van het gebruik van textiel als materiaal in de hedendaagse kunst centraal. De catalogus van de tentoonstelling kan besteld worden via de webshop van het museum.
[2] De performance werd gefilmd door onder meer Bollansée’s zoon en een ander familielid en door Marie Julia zelf geëdit tot een videodocumentaire te zien op Vimeo. Haar werk ontwikkelt zich meer en meer tot een coöperatief product.
[3] Wit, aldus curator Mirjam Westen in de catalogus, staat  voor de dood, goud en zilver vertegenwoordigen de aarde, het fysieke. Vanaf de Romantiek heeft de gevoelswaarde van kleur een speciale betekenis gekregen. Blauw is de kleur van het per definitie onvervulbare verlangen, de oneindigheid.
[4] Behalve Chemistry dat een sleutelwerk vormt met betrekking tot de thematiek van de bloedbanden, noemt Marie Julia nog een aantal videoperformances (in het kader van de reeks To the Absent Audience, een serie miniperformances zonder publiek op video, waarbij kleine handelingen worden voltrokken) die wellicht een ontwikkelingsketen vormen met Wind, zoals Nature, Mars evenals het in de tekst besproken Red String. Ook Animal kan bijdragen aan begrip van context en samenhang met Wind.  Dit alles meldt MJB in een correspondentie, winter 2013 met Mirjam Westen.
[5] De handeling van het breien zelf evenals het spinnen en kleuren van de wol vooraf is voor Marie Julia Bollansée een wezenlijke activiteit. Van kinds af aan vertrouwd met het spinnen, ontdekt zij in een latere periode de heilzaamheid van het spinnen in het verwerken van verdriet en rouw. SURVIVAL KnIT uit 2000 is een installatie met onder andere acht breiwerken waarop een borduursel in blauwe draad. Het borduursel is een kopie van de tekens die op de borst van haar man werden getekend om de plek aan te geven waar hij moest worden bestraald.
[6] Ludwig Lemaire, 'Een wandeling door de tuin’ 2007, een tekst op de website van de kunstenares.
[7] In de kunstgeschiedenis  werd het rituele in de kunst geformuleerd in 1981 met de tentoonstelling 'Mythos & Ritual in de Kunst der 70ger Jahren' Kunsthaus Zurich.
[8] Ludwig Lemaire.
[9]  Idem.
[10] Robert Rosenblum, Modern painting and the northern Romantic tradition. Friedrich to Rothko, Londen 1975. Om die samenhang te verbeelden werden toen poëtische middelen als analogie, metafoor en metonymia ingezet. In onze tijd worden bestaande betekenissenverbanden veel minder vast gebruikt en zien we een toename van privéassociaties en zelf ontworpen ‘symboliek’. Maar toch leiden de oude symboliek en bestaande clichés een sluimerend bestaan in onze perceptie en blijven actief.